Robin Kolleman – kunstenaar
Het lichaam kwijt
Aah, Vlieland. Elke dag de zee, het strand, de lucht. Fantastisch om daar kind te kunnen zijn. Robin Kolleman (1960) kijkt me vrij onbewogen aan. Misschien is het vooral leuk als vakantiebestemming? ‘Ik werd geboren op een camping, in Dwingeloo,’ vertelt ze eerder in het gesprek. Later worden haar ouders beheerders van een camping op Vlieland. ‘En daar is natuurlijk niets, geen museum, geen expositieplekken. Maar mijn ouders waren wel progressief en cultureel onderlegd. Toen mijn ouders scheidden, ging ik met mijn moeder in Harlingen wonen en mijn vader in Rotterdam. Mijn moeder stond er een keer op dat we via Amsterdam zouden reizen, zodat ik De Nachtwacht kon zien. Ik was toen tien jaar.’
In Rotterdam, de stad waar ze op haar 23ste zelf gaat wonen, bezoekt Kolleman vaak het theater. Maar hoe cultuur minnend haar ouders ook zijn en hoe zeer ze ook omringd wordt door knutselspullen dankzij haar moeders clubactiviteiten, de kunstacademie is voor Kolleman lang geen vanzelfsprekendheid: ‘Ik kan absoluut niet tekenen. Ja, ik kan wel iets tekenen, als een soort constructietekening, maar meer niet.’
En dus studeert Kolleman eerst – in Groningen – voor botanisch analist en gaat daarna naar het MBO om zich in het vak van coupeuse te bekwamen. Uiteindelijk meldt ze zich bij de academie in Rotterdam voor de modeopleiding. ‘Ik dacht dat ik door mijn coupeuse opleiding wel wat lessen over zou kunnen slaan en in plaats daarvan extra tekenlessen nemen. Maar de mentaliteit bij mode paste helemaal niet bij mij. In het basisjaar ben ik al overgestapt naar beeldhouwen. Dan ben ik de beperking van het lichaam in elk geval kwijt, dacht ik.’
Wat grappig is, uit de mond van Kolleman. Want als iets opvallend is in haar werk, is het de voortdurende aanwezigheid van het kwetsbare lichaam. Haar recente mensfiguren zijn slappe papieren silhouetten die soms willoos in een hoek lijken te liggen. Eerder maakte ze een serie organen van gaasverband en ook duiken er vele elegante onderdelen van etalagepoppen op in haar installaties en sculpturen. ‘Die moest ik allemaal behoorlijk verbouwen, want een etalagepop met de armen omhoog, dat bestaat niet.’ Dus is enig zaagwerk geboden en precies bijwerken en toestanden met polyester. ‘Niet echt leuk werk en ook behoorlijk ongezond. Ik heb nog steeds wel poppen, ik krijg ze soms ook gewoon. Ik zal ook niet zeggen dat ik er nooit meer iets mee ga doen.’
Aanraking lijkt een centraal thema in het werk van Kolleman, maar zij nuanceert haar thema steevast als volgt: ‘Mijn werk draait altijd om aanblik, aanraking en aantasting. Oftewel schoonheid, erotiek en dood. Verder kan het alle vormen aannemen.’ Kollemans oeuvre varieert van verstilde video’s via imposante installaties naar kwetsbare papiersculpturen. ‘Ik heb geen materialenangst nee.’ Dat is duidelijk. En kijk nou, ze maakt zelfs tekeningen.
17 oktober 2019
Tekst: Jantine Kremer
Foto’s: Jolanda Meulendijks