Isabel Ferrand – kunstenaar
Per toeval wordt Isabel Ferrand begin jaren zestig in een Portugese kustplaats geboren, niet ver van de woonplaats van haar ouders. Tot haar geboorte is het een populaire vakantiebestemming en een bekende plek voor haar vier oudere broers en zussen. Ferrand heeft er echter bijna enkel tweedehands herinneringen aan.
Vader Ferrand is kolonel en zijn gezin volgt hem als hij voor een aantal jaren in Angola en Guinée-Bissau – destijds Portugese koloniën – wordt gestationeerd. De terugkeer naar Portugal ervaart de kleine Isabel als heel vervelend. ‘Ik vond de kinderen niet leuk. Ze geloofden mij niet als ik iets vertelde. Ik vertelde wat voor huis we hadden in Angola, dat we een tuin hadden en een aapje hadden en een wilde kat. Waarom zouden ze me niet geloven?’ Als ze wakker ligt in haar vreemde bed in Portugal, speelt ze een mentaal spelletje; ze doet alsof ze in hun huis in Angola is en in haar hoofd volgt ze zichzelf terwijl ze opstaat, haar tanden poetst, naar beneden loopt om te eten en op haar route naar school, tot de slaap haar meeneemt.
Als Ferrand eind jaren negentig samen met haar ouders vanuit Portugal een reportage over Angola op televisie ziet, is zij degene die van alles herkent in hun inmiddels kapot geschoten stad; ‘Ik kon zeggen vanwaar de optocht de stad binnenkwam. Mijn ouders zagen het niet precies, maar ik wees en zei kijk daar, daar was het benzinestation. Kijk daar, daar is de kerk.’
Een internationaal uitwisselingsprogramma voor studenten brengt Ferrand in 1980 naar Nederland. Als ze zich na een periode in Schotland in 1984 definitief in Nederland vestigt, moet de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht nog tien jaar op haar wachten. Ze werkt als verpleegkundige, zet haar kinderen op de wereld en ondertussen beeldhouwt ze bij een bevriende kunstenaar in het atelier. ‘De wens om er meer mee te doen wordt steeds opdringeriger.’ Na lang twijfelen kiest Ferrand ook bij de academie voor beeldhouwen. De mogelijkheid te werken in de meest uiteenlopende media geeft de doorslag. De eerste werken waarin Ferrand het abstracte gegeven van afstanden vormgeeft door middel van klosjes garen gecombineerd met plattegronden ontstaan tijdens haar laatste jaar op de academie. Ferrand studeert af met labyrinten, wegen en verbindingen en hoewel deze zaken als een rode draad door haar oeuvre meanderen, is Ferrands ontwikkeling met het voltooien van de academie vanzelfsprekend niet gestopt. Nog altijd nieuwsgierig naar nieuwe manieren om haar ideeën vorm te geven is ze momenteel verbonden aan het Sandberg Instituut. Daar doet ze iets waarvan ze altijd riep dat ze het niet kan: ze tekent. Verborgen herinneringen haalt ze naar boven en verstopt ze opnieuw binnen de contouren van werktekeningen voor kanten kraagjes.
13 oktober 2014
Tekst: Jantine Kremer
Foto’s: Jolanda Meulendijks